Onlangs had ik een geweldig gesprek bij Chaud Devant met eigenaresse en CEO Bianca van der Lee. Zij won vorig jaar de Amsterdamse Ondernemersprijs. Ik zag haar toen op het podium bij de Week van de Ondernemer en dacht: haar wil ik interviewen! En zo geschiedde. Hierbij haar inspirerende verhaal over hoe ze Chaud Devant heeft uitgebouwd tot waar ze nu staan en hoe zij haar team gemotiveerd houdt.
‘Ik ben er trots op dat mijn mensen hier met plezier werken’
Wat doen jullie bij Chaud Devant?
Specifiek kleding ontwikkelen voor de horeca, chefs en bedienend personeel. We richten ons op de betere restaurants en de cafés. We zijn uniek, omdat we dingen ontwikkelen die nog niet bestaan én wij leveren uit voorraad. Veel bedrijfskledingfabrikanten produceren op order. Onze kracht, en gelijk onze makke, is dat we gelijk kunnen leveren. Het is in de horeca vaak zo dat ondernemers overmorgen open willen en last minute bedenken dat ze nog kleding nodig hebben. Dan is het fijn dat wij dat kunnen leveren. Dit doen we internationaal. We leveren aan meerdere landen in Europa. Mijn doel is om een gerenommeerd bedrijf in Europa te worden. Financieel is het doel om elk jaar 20% groei vast te houden. En mijn grootste uitdaging is om het hier nog steeds leuk te houden voor iedereen. Natuurlijk voor mezelf, maar ook voor de mensen. Met het restaurant dat we hier gaan openen, denk ik dat we daar wel weer een bijdrage aan leveren.
Ik ben er trots op dat mijn mensen hier met plezier werken. Het is mijn uitdaging dat ze dat plezier ook houden. Ondanks dat het bedrijf groter wordt en dat ze minder tijd met mij kunnen doorbrengen. Je merkt wel dat dingen veranderen, doordat het groter wordt.
Waar merk je aan dat het verandert?
Dat je je aandacht moet verdelen over meer mensen. Je bedrijf groeit. Er komen meer managers en ook meer personeel en ik wil het liefst één keer in de week met iedereen een praatje maken. Daarnaast ben ik ook nog actief bezig met de ontwikkeling van de collectie. Je merkt dat er dan toch te weinig tijd is en er te weinig contactmomenten zijn. De klachten zijn dan ook: ‘Je bent er nooit’, ‘Je bent altijd zo druk’, ‘We hebben meer tijd nodig’. Eigenlijk zeggen ze: ‘We missen je!’ Daar merk ik het aan. Dat ze vragen: ‘We zouden eigenlijk dit moeten doen. Ben je er dan ook? Want we hebben wel even een paar uur nodig…’ Dan denk ik: o ja, maar ik moet ondertussen nog even dit. En ik zit eigenlijk op een telefoontje te wachten. Dat is af en toe wel vermoeiend. Dan kan ik het niet goed invullen zoals ik het zou moeten doen. Dat is frustrerend. Ik merk het daaraan het meest. Dat mensen toch zoiets hebben van: ja Bianca, ik wil zo graag even met jou samen zijn. Dat kan ik niet meer zo goed invullen.
Dit moet dus wel anders ingevuld gaan worden. Dat betekent dat je er andere inspirerende mensen bij moet hebben. Sommige medewerkers, die nieuw zijn gekomen, missen het niet. Maar anderen, die hier al 12 jaar werken bijvoorbeeld, die geven aan dat ze toe zijn aan een nieuwe uitdaging, want wat we vroeger samen deden dat is gewoon niet meer. Het is anders nu, dus ze gaan ook weer op zoek naar een nieuwe uitdaging. Die komen altijd wel even binnen bij mij. Ik vind dat heel jammer.
‘Er is aandacht, ruimte en tijd voor de mensen’
Hoe motiveer jij dagelijks je team?
Ik denk zelf door mijn enthousiasme. Dat ik weer iets bedacht heb of iets nieuws heb. Ik denk dat dat de mensen bij mij in mijn bedrijf enthousiasmeert. Maar er is ook aandacht, ruimte en tijd voor de mensen. Bij mijn personeelsmanager, dat is een soort moeder in het bedrijf, is veel ruimte voor het personeel, voor de mens zelf. Er is veel respect voor elkaar. Je mag zijn zoals je bent. Je kan altijd terecht. Zij is er gewoon voor je. Ik denk dat dat heel belangrijk is.
Aan de andere kant probeer ik een fijne werkplek te creëren. Het is hier gezellig. Mensen vinden het hier fijn. Als je binnenkomt verwacht je niet dat dit er allemaal zo uitziet aan de binnenkant. Het voelt als een warm bad, krijg ik terug. Dit probeer ik ook echt vast te houden. Het lukte met 15 man. Hoe moet dat in godsnaam met 20 of 30? Maar inmiddels is personeelslid nummer 33 binnen en zij voelt het nog steeds zo. Het kan dus blijkbaar nog steeds. Maar ik denk ook wel eens: het kan niet meer met 40 of 50 man. Of misschien toch wel? Ik kan het nog niet overzien.
Ik vind het een compliment om te horen dat mensen terugkomen van vakantie en zeggen: ‘Ik heb het superfijn gehad, maar ik vind het ook fijn om weer hier te zijn.’ Hoe mooi is dat? Dat zetten we toch als management team neer. Dit kan ik niet alleen. Je moet de juiste mensen om je heen verzamelen die het team bij elkaar houden. Verjaardagen worden gevierd, als we iets goed gedaan hebben wordt het gevierd of we gaan lekker uit eten. Of als we een maandrecord hebben, dan verzin ik weer iets leuks. Soms is het een persoonlijk cadeau, soms is het met z’n allen iets doen. Die teambuilding is, denk ik, wel heel belangrijk. We zijn 2 dagen naar Berlijn geweest, met een nachtje erbij. Fantastisch natuurlijk. Dat je dat soort dingen kunt doen. Het is eigenlijk een mix van al deze dingen.
‘Je mag zijn zoals je bent’
Hoe kom je aan de juiste mensen om je heen?
Eigenlijk gaat het altijd zo dat ik iemand tegenkom en dat matcht dan. Dat kan niet meer voor bepaalde afdelingen, zoals de customer service en het magazijn. Maar ik heb altijd weer privé: o wacht. Een van mijn beste vriendinnen is al 18 jaar mijn rechterhand. Veel mensen doen hier waar ze niet voor opgeleid zijn. Ze ontwikkelen zich hier in het bedrijf. Het loopt dan via connecties en dan blijkt het ineens passend.
Wat is passend?
Nu bijvoorbeeld loopt er een meisje rond, dat is dus de vriendin van mijn neef. Ze is begonnen met een snuffelstage en eigenlijk wil ik haar er nu graag bij hebben. Want ze is zo’n prettig persoon. Ik kijk ook altijd wel of iemand een goed persoon is. Ik vind de persoon an sich belangrijker dan wat ze kunnen. Dus ik kijk niet naar een CV, maar hoe iemand in het leven staat. Heeft hij een goed hart, een goede inborst? Voelt het prettig? Ik denk dat ik daar heel erg naar kijk. Als het niet goed voelt, doe ik het gewoon niet. Ik wil liever iemand aannemen waar ik een onwijs goede klik mee heb. Diegene is misschien nog helemaal niet geschikt voor die functie, maar dan groeit hij er wel in.
Sinds een aantal jaren hebben we steeds wel een vacature openstaan. We verzinnen ook gewoon functies. Kan iemand die IT doet ook facilitair erbij doen? We hebben namelijk niet fulltime iemand nodig op IT, maar ook niet op facilitair. Dan maken we een mix functie. Als er niemand reageert, dan doen we het op een andere manier. En soms hebben we wel gesprekken en dan blijkt dat ze eigenlijk iets anders leuk vinden. Dan denken we: o ja daar hebben we eigenlijk ook wel iemand voor nodig. Het gaat een beetje organisch.
Spreek je nog iedereen die aangenomen wordt?
Nee, niet meer voor alle afdelingen. Ik wil ze wel graag even een handje geven en in de ogen kijken. Maar het lukt niet meer altijd. Voor een salesfunctie of voor de productie, waar ik zelf nog mee te maken heb, dan ga ik er nog wel in de tweede ronde bij zitten. In ieder geval een half uurtje om een indruk te krijgen. Even kijken of ik een klik heb. Vorige week is er nog iemand weg gegaan. Daar kreeg ik echt geen contact mee. Sommige mensen reageren anders naar je, omdat jij de baas bent. Dat was ongemakkelijk. Voor haar en voor mij. Want ik ben het niet gewend. Ik ben ook maar één van hier. Ik voel me hier geen baas. Maar zo wordt er wel naar je gekeken. Dat vergeet ik soms. Dat ben ik niet gewend. Ik deed altijd alles zelf. Af en toe moet je het even beseffen.
Bij sommigen kan je het ‘tegen je opkijken’ snel ontdooien. Er is ook een jongen, die blijft maar U tegen me zeggen. Ik heb al zo vaak gezegd: ‘zeg maar JE hoor, anders voel ik me zo oud en de baas’. Maar het zit er gewoon in.
Wat ik ook merk, is dat er soms dingen voor mij ook niet zichtbaar zijn ‘omdat ik nu eenmaal de baas ben’. Niet iedereen blijft zichzelf als ‘de baas’ in de buurt komt. Dat vergeet ik vaak. Ik moet me af en toe realiseren dat het anders is. Dat ik daarom dingen ook niet in de gaten heb, omdat ze dat gedrag niet laten zien als ik erbij ben.
Ik wil graag dat ze zichzelf kunnen zijn. Ik geef het ze, maar niet iedereen neemt het. Niet iedereen kan dat. Het ligt er ook aan hoe je in het leven staat. Hoe zeker of onzeker je zelf bent.
Sommige dingen hoor je niet meer of krijg je niet mee. Wat vind je daarvan?
Dat mensen zich anders gedragen als ik in de buurt ben, dat vind ik niet leuk. Maar voor de rest krijg ik veel niet meer mee en dat vind ik prima. Ik hoef het ook niet allemaal meer mee te krijgen. Ik heb zoveel input van alle kanten. Dat kan ik loslaten.
Loopt het in jouw team nog niet optimaal en wil je weten aan welke knoppen je kunt draaien om hier verandering in aan te brengen? Download hier gratis het ebook ‘Creëer het team dat je wilt’. Doe de korte scan en krijg 15 waardevolle tips!
‘Zorg dat alles netjes is’
Ja, dingen loslaten. Is dat je altijd makkelijk afgegaan, want eerst deed je alles zelf?
Het ligt er aan waar het om gaat. Het operationele stuk kon ik vrij snel makkelijk loslaten.
Voor mij was altijd het belangrijkste: zorg dat alles netjes is. Dat heb ik nog steeds. Het is allemaal wel een beetje vrouwelijk georganiseerd. Alles is netjes, alles is schoon. Zelfs in het magazijn. Ik hamer er ook altijd op dat elk product er mooi uit moet zien. Of iemand er nu 50 koopt of maar eentje. Elk stuk is belangrijk. Dat geldt ook in het productieproces. Ook al hebben ze het al honderdduizend keer gemaakt. Het moet niet verslonzen en versloffen. De kwaliteit moet goed zijn. De details mooi en netjes. Daar hamer ik echt op. Als ik zie dat het goed gaat, ook in het magazijn, dan kan ik dit prima loslaten.
De customer service ook. Dat vind ik heel belangrijk, de service naar onze klanten. Dat we flexibel zijn. Ik hou niet van contracten en alles vastleggen. Daar word ik zelf iebel van, dus dat doe ik ook niet naar een ander. Ik stel ook geen eisen. Iedereen mag bestellen wat hij wil. Ik heb geen minimalen. Er komt natuurlijk porto bij als het 1 of 3 stuks zijn, dat hoort er nou eenmaal bij. Maar verder voel je vrij om te bestellen wat je wilt. En ik vind het belangrijk dat de service naar de klanten goed is. We zijn namelijk klein, we zijn flexibel. We kunnen nog net eventjes wat extra doen.
Bijvoorbeeld voor Herman den Blijker. Hij zat in Limburg en had ’s middags 10 zwarte schortjes nodig. Dan denk ik: oké. dat is over 4 uur. Maar ik ga het regelen voor je! Dat zijn de leuke dingen die je met veel plezier doet.
Als ik zie dat die klantenservice goed loopt, dan kan ik het prima loslaten. Hetzelfde geldt voor de verkoop. Ik verkoop mijn product heel natuurlijk. Het is mijn kindje. Ik ben geen keiharde zakentante. Ze vragen me eigenlijk ook nooit om een prijs. Het gaat er ook niet om. Het gaat echt om het product. De prijs is ondergeschikt. Als ik dan zie dat mijn salesmensen ook die mentaliteit hebben. de insteek van het niet-dwingende en dat ze het enthousiasme over de producten kunnen overdragen, dan kan ik dat ook prima loslaten.
Nu is mijn grootste uitdaging het bedrijf aansturen: moet ik dat nu een keertje gaan loslaten? Of moet ik het nog lekker zelf blijven doen? Of moet ik op een andere manier meer ontzorgd worden doordat iemand bijvoorbeeld mijn mailtjes doet en prioriteert? Daar zit ik nu midden in. Hoe organiseer ik dat?
Kan ik dit loslaten? Ik weet het niet. Vraag het me maar over een jaar.
Als je terugkijkt naar de afgelopen jaren en je leidinggevende rol en je team, wat was toen een uitdaging voor je?
Nou eigenlijk steeds meer overlaten aan het Management Team (MT). Ik heb een MT neergezet de afgelopen jaren, zodat ik steeds minder hoef te werken IN mijn bedrijf. Die tendens heb ik de afgelopen 2, 3 jaar ingezet. Dus echt minder bezig zijn met de details in mijn bedrijf, in de operatie. Drie jaar geleden hield ik me nog bezig met pakketjes die niet waren aangekomen. Nu sta ik daar ver buiten.
Hoe kwam je erachter dat je die stap moest nemen?
Ik denk op mijn gevoel. Het werd gewoon allemaal teveel. Ik moest dingen loslaten. Twee jaar geleden zat ik ook nog op een kantoortje achter bij de customer service. Toen kreeg ik van alles mee. Ik wilde het gewoon niet horen, want dan ga ik er toch over nadenken en me ermee bemoeien. Ik wilde fysiek weg. Ze kunnen het prima zonder mij oplossen. Zo geef je mensen ook de ruimte.
En het MT neerzetten. Dat is mijn uitdaging nu. Ik dacht dat ik dan wel tijd had om het MT aan te sturen. Maar ook dat vind ik nog steeds lastig. Dat komt ook omdat ik nog een paar grote accounts heb waar ik me nog mee bemoei. Maar zodra er nieuwe klanten komen, gaat dat nu zonder mij. Ik probeer dat echt bij de salesmensen te laten. Hooguit dat ik een keer meega om mijn gezicht te laten zien als het grote nieuwe klanten zijn. Maar als het niet nodig is, doe ik dat niet. Puur om tijd te verdelen. Het laatste wat ik los wil laten, is de ontwikkeling van producten. Dat vind ik zelf nog erg leuk. Het is nu niet mijn prioriteit, maar misschien over een jaar wel.
Hoe kijk je aan tegen leiderschap?
Ik ben een Leeuw. In mijn karakter zit dat natuurlijke leiderschap er toch wel in. Door mijn enthousiasme en dat ik op een natuurlijke manier mensen om me heen kan verzamelen die daarin meegaan. Maar aan de andere kant, je moet wel leidinggeven aan 35 man en je bent groeiende. Ik realiseer het me niet zo goed. Het gaat me vrij natural af. Maar dat natural, op mijn gevoel beslissingen nemen, ik weet niet hoe lang ik dat nog vol kan houden. Ik weet het niet. Dat kan ik niet zo goed inschatten.
Ik vind het ook heel lekker om leading te zijn. Ik vind het lekker om nieuwe dingen te bedenken en dan dat pad in te gaan met z’n allen. Dat zit in me. Net als met het restaurant.
Hoe neem je de rest mee in al je nieuwe ideeën?
Op de gekste momenten deel ik het met ze. Ik hou mijn eigen mensen van het werk. Ik stoor ze elke keer. Doordat ik elk keer springend binnen kom lopen. Door mijn enthousiasme neem ik ze mee. De kern om me heen, die vindt het ook leuk en gaat erin mee. Die vullen het dan ook aan. Dat vind ik zo mooi. Samen nog beter. Dat is mijn kunst om mensen om me heen te verzamelen die mijn idee terugkoppelen met nog een beter idee. Dan ga je in zo’n ladder omhoog. Daar komen de beste ideeën uit. Dat vind ik heerlijk. Dat sparren en brainstormen. Meestal leg ik iets neer. Of ik plant iets. En die krijg ik weer teruggekoppeld op een manier die ik niet kon verzinnen. En zo ontstaan er goede dingen.
Dit heb ik vooral in het creatieve deel van het bedrijf, bij Marketing en de ontwikkeling van de collecties. En wat ik ook heb geleerd is dat je mensen moet zoeken die durven te zeggen wat ze ervan vinden. Ik heb geen ja-knikkers nodig. Ik moet mensen hebben om me heen die zeggen: ‘Dit is fantastisch, maar kunnen we ook dit en dit doen?’ Of zeggen: ‘Dit is echt een belachelijk idee. Hoe verzin je dit nu weer‘. Dan kom je tot de betere ideeën.
Je hebt ook nog 12 medewerkers op een sociale werkplaats. Kun je daar iets meer over vertellen?
Het zijn er eigenlijk 11. De 12e is een gepensioneerde vrouw die het werk niet los kan laten. Er is natuurlijk enorm gesneden in budgetten in de crisistijd, ook bij sociale werkplaatsen, en eigenlijk is het zo jammer, want er zou meer geld naartoe moeten gaan. Want het is ongelofelijk hoe blij deze mnsen zijn. Ik heb de sociale werkplaats, de textielafdeling, 5 jaar geleden overgenomen. Dus ik huur de ruimte, ik heb het machinepark overgenomen, ik heb de mensen overgenomen. Ze werken gedetacheerd voor ons op hun eigen locatie. Dat is fijn voor ze, want ze blijven in hun vertrouwde omgeving waar ook de begeleiding is en ook het transport van huis naar werk. Maar ze vallen wel onder onze verantwoordelijkheid. Ze zijn heel erg blij dat we die textielafdeling in stand hebben gehouden. We werkten al 15 jaar met ze. Dus ik kon het niet over mijn hart verkrijgen om daarmee te stoppen. Als ik zie hoe blij ze zijn. Die gepensioneerde dame van 72 komt nog 3 dagen in de week en die stikt alleen maar slovenbanden. Ze vindt elke band die ze maakt nog even mooi. Die mensen zijn zo blij met eenvoudige dingen. Dat vind ik zo mooi. Daar kunnen wij veel van leren.
Inmiddels moet er wel geld bij. Het is goedkoper om het in Macedonië te laten maken. Maar ik vind dit te belangrijk. Zo lang ik het kan, blijf ik het voortzetten. Voor mij is het ook een stuk wat ik doe voor de maatschappij. Ik hou deze 12 mensen aan het werk. Daar ben ik wel heel trots op. Het is een derde van ons personeel.
Elk jaar gaan we ook met hen een dagje op pad. Helemaal aangepast. Onlangs hebben we in Haarlem een bonbonworkshop gedaan. Dat is zo leuk. Dat had mijn productiemanager bedacht. Ze hebben het zelf gemaakt en helemaal ingepakt. Een cadeautje voor henzelf.
We halen ze allemaal zelf op en brengen ze weer thuis. Dit geeft heel veel voldoening.
Hoe vond je het dat je ineens mocht gaan leidinggeven toen je er mensen bij kreeg in je bedrijf?
Dat heb ik niet zo bewust ervaren. Ik had handjes nodig om orders in te pakken en af te leveren dus dat is vrij natuurlijk gegaan. En als je eenmaal één medewerker hebt… Als je die eerste stap hebt gemaakt, dan is het makkelijker. Dan is het alleen afwegen: kan het uit?
Vorig jaar zijn we een fantastisch project met Michelin gestart. We hebben een mooie schoenenlijn met Michelin ontwikkeld. Daar heb ik gewoon iemand op aangenomen. Daarbij dacht ik echt: al moet het uit mijn eigen spaarpot komen. Ik geloof hierin en ik wil dat iemand hier vol voor gaat. Zo ga ik er nog steeds wel in hoor. Ook met dat restaurant. Desnoods betaal ik het zelf, want ik geloof erin. Ik doe het gewoon. Ik ga er niet voor lenen. Ik ben wel een voorzichtige onderneemster. Ik zou niet lekker slapen als het allemaal gefinancierd is. Bij panden heb ik er geen moeite mee, maar met de rest spaar ik of zorg ik dat het kan van ons eigen geld.
Qua cijfers ziet het bedrijf er gezond uit. Dat is voor mij de basis. Meestal zijn het de mannen die grote risico’s durven nemen. Dus het is misschien wel een heel vrouwelijke manier van een bedrijf leiden. Een beetje voorzichtig. Doe maar gewoon. 20% groei vind ik echt genoeg per jaar. Maar ik snap ook dat iemand tonnen leent om een enthousiast plan groots te starten, maar het past niet bij mijn manier van ondernemen. Want ik zou niet meer lekker slapen. Dit bedrijf had misschien 10x zo groot kunnen zijn op die andere manier. Maar dat is niet mijn doel: groot, groter, grootst. Het past niet bij mij. Ik heb nooit slapeloze nachten financieel gezien. Ik lig wakker omdat ik iets nieuws bedenk. Maar niet van financiële stress.
‘Zorg dat je op je eigen pad blijft’
Wat is nou een belangrijke les die jij hebt geleerd die je andere ondernemers zou willen meegeven?
Doe iets wat je leuk vindt. Omdat ik erin geloof dat als je iets doet wat je leuk vindt dat je er ook goed in bent en er ook je brood mee kunt verdienen. Of er in ieder geval heel happy mee bent. Ik heb ooit een les gehad bij de KvK 25 jaar geleden. De man daar zei tegen mij: ‘Waar jij naartoe wilt met je bedrijf, maak daar een schilderij of foto van en hang het aan de muur. Blijf daar naar kijken, want dat is je doel.’
En hij vertelde er het verhaal bij van een man die het geweldig vond om zijn eigen kroeg te hebben. Hoe gaaf is het om met je vrienden aan de bar, je eigen biertje te kunnen tappen? Dus die man begint die kroeg en zit op een gegeven moment met z’n vrienden aan de bar en hij staat achter de tap. Die kroeg loopt als een tierelier. Dus hij begint nog een kroeg en nog een kroeg. Op een gegeven moment heeft hij 5 kroegen. Hij heeft overal andere kroegbazen staan. Conclusie: hij is zijn doel voorbijgestreefd. Hij staat niet meer zelf achter de bar biertjes te tappen en hij heeft geen momenten meer om met zijn vrienden biertjes te drinken. Daar werd hij gelukkig van. Maar hij werd niet gelukkig van het aansturen van 5 managers in al die kroegen. Maar je zit in die trein. Er komen allerlei kansen en mogelijkheden. De kunst is als ondernemer om steeds voor ogen te houden wat je gelukkig maakt. Is het nog wel wat bij me past? Dit hou ik mezelf ook steeds voor. Ben ik nog steeds happy met wat ik doe? En is het nee, dan moet ik iets wijzigen. Ik heb dat nu ook. Ik heb dit nu 22 jaar gedaan, maar ik wil het nu op een andere manier gaan invullen. Want dat is nu wat mij blij maakt.
Dan kan ik de mensen om me heen ook weer enthousiasmeren. Dat vind ik nog steeds wel mijn grootste rol in mijn bedrijf dat ik mijn mensen inspireer en enthousiasmeer. Ik blijf steeds zeggen: verlies jezelf niet in de groei. Past het nog steeds bij je wat je doet?
Zorg dus dat je op je eigen pad blijft. Of je nu in je eentje bent als zzp-er of 150 man aanstuurt.
Over Bianca van der Lee en Chaud Devant:
Bianca van der Lee begon Chaud Devant 22 jaar geleden vanuit haar huiskamer. Toen een bevriende kok uit zijn broek scheurde, kreeg ze het idee voor een nieuwe koksbroek. In plaats van ‘een votje’ werd het een jeansachtige broek. Dat was een schot in de roos. Inmiddels bestaat de collectie uit diverse koksbroeken, koksjassen, schorten, sloven en veel meer.
Er zijn op dit moment ongeveer 35 medewerkers werkzaam in Nederland en daarnaast wordt er kleding gemaakt in Macedonië. Het voordeel van Chaud Devant is dat alle kleding op voorraad is en je het met 1 à 2 dagen in huis kunt hebben. Verder is nog leuk om te vertellen dat op het kantoor in Amsterdam er op dit hard gewerkt wordt aan een eigen restaurant. De kok die ooit uit zijn broek scheurde, wordt de chef. Verder komt er een dusdanig professionele keuken in dat er straks ook door andere chefs gekookt kan worden. Dit zal nog veel mooie lunches en evenementen met zich meebrengen. Chaud Devant, een bijzonder bedrijf met een leading lady die echt hart voor de zaak heeft en haar mensen!